Reanimatie van het reanimatieteam
Een aantal maanden geleden kregen we van onze vorige medical manager (ondertussen hebben we een nieuwe, hoezee!) half beschuldigend te horen dat niemand van ons in het ‘resuscitation commitee‘ zat. Ik had nog nooit van het beestje gehoord…
Blijkt dat er een groepje van het personeel verantwoordelijk is voor de reanimatie capaciteiten van het ziekenhuis. Zij moeten er voor zorgen dat het personeel weet wat ze moeten doen bij een reanimatie en dat het nodige materiaal beschikbaar is.
Hmm, lijkt me een moeilijke taak. Ik heb al meegemaakt dat ik tijdens een reanimatie achter een beademingsmasker vroeg en dat ze daar 10 minuten naar moesten zoeken!
Ja, jullie voelen het al aankomen:
Onze ex-manager vond geen beter slachtoffer dan mij om de vertegenwoordigende arts van dit reanimatieteam te zijn.
Ik wierp nog voorzichtig op dat ik toch niet wist of ik daar met mijn wel heel beperkte ervaring in reanimaties wel de geschikte persoon voor was, maar daar had ze geen oren naar. Ik was net op anaesthesie-cursus geweest en omdat ik daar had leren intuberen, moest ik alles maar kunnen!
Eén persoon aanwezig op de volgende teammeeting: mezelf
Ok, al vond ik mezelf niet de geschiktste persoon, het leek me wel een uitdaging en ik was gemotiveerd om iets van dit committee te maken. Mooi voorbereid en met een agenda in de hand, ging ik enkele maanden geleden naar de eerste bijeenkomst. Het was een grote opkomst: er was 1 persoon aanwezig, ikzelf… Ik heb 20 minuten staan draaien, maar er is niemand opgedaagd.
Daar sta je dan met je agenda en je tasje vol goede bedoelingen.
Ik ben dan maar op zoek gegaan naar de persoon die deze meeting moest organiseren. Dat bleek het hoofd van de operatiezaal te zijn. Op mijn vraag waarom er niemand aanwezig was, zei ze dat de vergadering niet door was gegaan omdat er nooit een dokter aanwezig was op die vergadering?! Typisch Afrika…
De medical manager had niet doorgegeven dat ze mij als verantwoordelijke arts had aangeduid en de meetings dus terug van start konden gaan.
Ik vroeg dan maar om een nieuwe datum vast te leggen. Ik weet zelf niet voldoende wie er allemaal aanwezig moet zijn, wie verantwoordelijk is voor wat (bv het bestellen van materiaal) en ik ken gewoon niet genoeg mensen van het ziekenhuis. Ik kan het zelf dus moeilijk regelen.
Ondertussen zijn er nog 2 vergaderingen geweest en 2 keer is er niemand komen opdagen, behalve ik.
The patient rested in peace
Maar er blijven wel mensen doodgaan omdat de verpleegkundigen van het ziekenhuis totaal geen idee hebben wat er moet gebeuren bij een reanimatie. Of eigenlijk nog correcter (en erger): er worden nooit reanimaties gestart.
Patiënten sterven gewoon en in de verpleegkundige nota’s wordt mooi opgeschreven: “Patient rested in peace.”
Doordat ik twee cursussen (de ATLS en ACLS-cursus) heb gevolgd, zijn mijn eigen reanimatie-skills ondertussen wel verbeterd. De ATLS cursus leert je hoe je moet omgaan met acute trauma’s zoals schotwonden, verkeersongevallen en brandwonden. De ACLS cursus leert je écht te reanimeren door het (proberen te) herstellen van hart- en ademhalingsfunctie.
Sindsdien kan ik – zoals de stoere mensen van ziekenhuisreeksen – shocks geven, adrenaline geven, etc…
Bob de reanimatiepop
Om toch iets te verbeteren aan de reanimaties in het ziekenhuis, heb ik het uiteindelijk over een andere boeg gegooid en ben gewoon op eigen houtje gestart met reanimatielessen voor de verpleegkundigen.
Elke week ga ik naar een andere afdeling en geef een lesje basis reanimatie: wanneer start je, wat moet je doen, hoe moet je het doen,… Wonder boven wonder heb ik in het ziekenhuis een reanimatie-pop gevonden, heel handig om op te oefenen!
Persoonlijk vind ik deze lessen een succes. Het duurt elke week bijna een half uur voordat ik iedereen overtuigd heb om te starten, (ofwel zijn ze “druk aan het werk”, ofwel zijn ze in “tea-time” – een heilig concept dat door niets of niemand onderbroken mag worden) maar eens iedereen er is, zijn ze allemaal enthousiast.
About Big Momma’s
Grappig is wel dat er één bepaald type verpleegkundige is dat elke week opnieuw weigert om op de reanimatiepop te oefenen. De typische ‘Afrikaanse mama’ met een meer dan een bovengemiddeld BMI die niet op de grond wil/kan knielen en niet op een bed of stoel wil klauteren om hartmassage te geven.
Wat het gaat geven als ze het ooit in het echt moeten doen, weet ik niet…
400% stijging, 0% succesrate
Ik noem het een succes omdat, sinds de invoering van mijn lessen, het aantal reanimaties met 400% is gestegen! Toegeven, het succespercentage blijft evenwel nog steeds even laag: 0%. Dat komt zeker niet alleen door de kwaliteit van onze reanimaties, maar ook door de aandoeningen hier.
Sowieso heeft een reanimatie in Zuid-Afrika minder kans op slagen dan in België. Dat komt omdat de meeste mensen hier sterven aan longproblemen en niet aan hartproblemen zoals in België. En het is nu eenmaal ‘gemakkelijker’ om een hart opnieuw in gang te krijgen dan de longen, die hier extreem afzien door alle Tuberculose (en andere HIV-gerelateerde longproblemen).
Maar het nieuwe motto van het ziekenhuis is nu dat elke patiënt op zijn minst het recht heeft op een reanimatiepoging en dat hoe meer er gebeuren, hoe beter iedereen er in wordt, en zo het succespercentage op termijn hopelijk toch een klein beetje stijgt!
De lessen zijn nu mooi van start gegaan. De volgende stap is om de kerel te pakken te krijgen waar ik benodigde materiaal kan bestellen en dan hoop ik dat het materiaal in 2016 of zo wel zal aankomen 😉
Oh ja, Afrika maakt je soms cynisch…
Leave a Reply