Don’t act like prey

Walvis

We dobberen in een boot op een wilde zee. De boot gaat in twee seconden tijd vijf meter omhoog en dan weer vijf meter naar beneden. Vier van de zes mensen hangen zeeziek overboord. Dobber dobber. Hoe zijn we hier nu weer terecht gekomen?

Even onze boot localiseren: we dobberen voor de Wild Coast op jacht naar miljarden sardientjes. De zogenaamde Sardine Run is een jaarlijks fenomeen waarbij miljarden sardientjes tesamen in een gigantische school langs de kusten van Port St Johns trekken. (Voor de geïnteresseerden: lees meer over de Sardine Run).  Het gevolg van deze massale trek, is dat elk onderwater roofdier dat je je maar kan voorstellen deze school volgt.

Een feading frenzy zoals ze zeggen.

Haaien, dolfijnen en roofvogels eten hun buikje vol. En om het om het plaatje compleet te maken, zwemmen er rond die tijd ook nog eens walvissen van Antartica naar Mozambique op weg naar warme wateren om hun jongen te baren.

Een grote vrolijke oceaanchaos dus. En daar zijn wij naar op zoek. Sterker nog: daar gaan wij midden inspringen. Met snorkel- en duikgerief. Ik trek mijn zwemvliezen aan en zet het duikmasker op.

Euh,… maar wacht eens.

Zei je niet: ‘haaien’? Correct. En het zijn er die mensen eten.

Maar kom, de kans dat ze je ook daadwerkelijk aanvallen is best wel klein waarschijnlijk?

Mja, dat zou wel eens kunnen tegenvallen. 2nd beach, het strand aan Port St Johns, is het gevaarlijkste strand van Zuid-Afrika. Sommigen zeggen zelfs het gevaarlijkste strand van de hele wereld. Op dat strand zijn meer dodelijke aanvallen met haaien, dan eender waar. En waar ligt 2nd beach? Jawel, ongeveer 3km dichter tegen de kust dan waar wij dobberen.

Willen we dan wel in het water?

Duikers zijn normaal wel ok hoor, geeft de bootsman aan. Surfers daarentegen niet. Een surfer in het water ziet er uit als een zeehond. De haai komt een hapje proeven en besluit al snel dat hij niet te eten is. Het probleem is dat elke haai afzonderlijk wel eens een hapje komt proeven (en dat zijn dan wel heel veel Surferhapjes).

Maar duikers: die lijken niet op iets wat een haai ooit al gezien heeft, dus daar blijven ze af. En kijk: er zijn daarbij ook nog eens miljarden sardientjes die lekkerder zijn en gemakkelijker te vangen dan wij.

Toch krijgen we een aantal veiligheidsregels mee.

Regel 1: Don’t act like prey. Gedraag je niet als prooi. Ik lach eens. Maar de bootsman is serieus. De lach op mijn gezicht zakt weg. Euh. Hoe doe je dat? Je niet als prooi gedragen?

‘Als een haai naar je toe zwemt, begin dan niet achteruit te zwemmen, maar blijf staan.’ verduidelijkt hij. ‘Blijf staan en maak oogcontact.’

Als hij dan nog niet weggaat, geef hem dan een boks.

Wat?

Ja hoor: ‘Geef hem dan een boks.’ De manier waarop je bokst is daarbij niet eender, vervolgt de bootsman. Want een haai heeft best wel een grote bek met een hoop scherpe tanden, dus als je recht voor je uit slaat, dan zit je hand in die bek. ‘Sla met een cirkelbeweging bovenop zijn snuit.’ en hij doet het voor. Goed goed, ik hoop dat ik niet moet gaan boksen met haaien.

Regel 2: Als je in het water springt. Begin dan niet te zwemmen.

Ja hoor. Nog zo’n vreemde regel. Als ik niet zwem, zink ik als een baksteen naar de bodem. En die bodem is hier wel 100m diep. Niet direct de plek waar je naartoe wil zinken.

Maar, verduidelijkt de bootsman: ‘Je zwarte wetsuit kunnen haaien niet zien, maar je wapperende handen wel. Die glinsteren en bewegen onvoorspelbaar in het water. Je wil niet dat haaien je handen aanzien als een sardientje.’ Goed. Handen bijhouden dus. En boven water blijven door met je zwemvliezen te werken.

Na de safetybriefing zijn we klaar om op jacht te gaan. Ik zeg ‘op jacht gaan’ want daar lijk het nog het meeste op. Zigzaggend door het water, op zoek naar een Bait Ball. Plotse bewegingen. Op het water blijven stilliggen starend me de verrekijker op zoek naar aanwijzingen. Spoorzoeken voor gevorderden.

De dolfijnen zijn de dieren die de Sardine Run drijven.

Ze cirkelen rond de sardientjes en snijden hanteerbare scholen af van de miljarden sardientjes. Doordat ze er blijven rondcirkelen, worden de sardientjes in een bal samen geduwd: de Bait Ball. Als die bal compact genoeg is, schieten de dolfijnen er door. En de haaien, die genieten mee van het werk van de dolfijnen en happen vrolijk hun magen vol. Nu, de dolfijnen en de haaien zijn niet alleen. Er zijn ook nog vogels… en die kan je boven water vinden.

Dolfijnen

We zijn op zoek naar de wonderlijke vogels die de Sardine Run volgen. Ze laten zich van 10 meter hoog in het water vallen, kunnen 14 meter diep in het water doordringen, een sardientje eten, het doorslikken en in de vlucht naar boven nog een tweede sardientje mee grabbelen. Als je dus een plek vindt waar de vogels en masse in het water smakken, dan weet je dat je op de juiste plek bent.

We vinden een bait ball.

Go go go, roept de bootsman. Geen tijd om te aarzelen. We plonsen in het water. Chaos. De vogels schieten als kogels rondom ons in het water. Het is hectisch, maar wonderlijk. Het is ook uitzonderlijk moeilijk te beschrijven. Daarom dat ik bij gebrek aan een eigen onderwatercamera de hulp inroep van onze vriend YouTube (met de disclaimer dat de persoon die dit heeft gefilmd wel meer heeft gezien dan wij. :-)

http://www.youtube.com/watch?v=xYl4m0xFcCU

De vogels die als kogels in het water terecht komen zijn komisch: je ziet ze zwemmen en onder water hangen als vissen. Alsof ze niet beseffen dat ze eigenlijk in de lucht thuishoren. Wonderlijk.

We blijven een half uur rond die mooie bait ball hangen tot hij verdwenen is: de sardientjes hebben een uitweg gevonden en de dolfijnen kunnen weer aan hun jacht beginnen.

We kruipen terug in de boot en duiken wat later terug in het water.
Dolfijnen. Zo dicht dat we ze kunnen aanraken als we willen. Maar wacht, wat is die gigantische vorm, daar onder die dolfijnen?

Een walvis.

En dat is de moment waarop je als mens beseft dat je écht niet thuis hoort in het water.

Walvissen zijn gigantisch. Wow. Hij trekt zich niets aan van mijn onoogelijke zelf en is weg in een oogopslag. Ik probeer half te bevatten dat er net een dier onder me heen is gezwommen dat zo lang is als een klimmuur hoog is. Ik probeer hem nog terug te vinden, maar hij is verdwenen.

Walvis 3

Walvis 2

Terug in de boot beginnen we aan de bootbezigheid die we al de hele dag uitoefenen: zeeziek zijn op een ruwe zee. Als ik na 7 uur op de boot gal begin op te geven, besluiten we dat het genoeg is geweest en gaan we zeeziek, maar met een hoofd vol schitterende beelden aan wal.

De Sardine Run. Schitterend.

Krijgen ze me nog eens 7 uur zeeziek op zo’n kleine boot? Van zijn leven niet.

Leave a Reply to dirk vanhecke Cancel reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>