Er kwamen twee Zuid-Afrikanen in de Delhaize
Ik mag dan misschien de waarheid wel eens verdraaien, maar een leugenaar ben ik niet.
Het is dan ook logisch dat er de afgelopen maand niets is verschenen op het hangmatdagboek. Het zou immers een leugen zijn om op het hangmatdagboek.be te schrijven zonder een hangmat in de buurt. Ah ja.
Maar kijk:
- Nadat het laatste velletje vierlagig wc-papier is gebruikt (2 lagen is hier maximum),
- Nadat vrienden en familie na één jaar gelukkig gewoon vrienden en familie zijn gebleven,
- Nadat een vlucht naar Zuid-Afrika leek op een soort uit de hand gelopen woon-werk verkeer,
…sta ik plots weer terug aan de hangmat.
En mag ik dus weer schrijven.
Nu, voordat we het verder hebben over de vreemde dingen des Zuid-Afrika, wil ik het toch nog even hebben over België. Dat kleine land ter grootte van Lesotho. Een land dat er prat op gaat dat frieten hun nationaal gerecht zijn, maar er door een of andere volstrekt mislukte marketingstunt in zijn geslaagd om hun nationaal gerecht in het Engels ‘French Fries’ te laten noemen.
Ook in België gaat het er soms vreemd aan toe.
Zo kwam ik na een jaar in Zuid-Afrika nog eens in de Delhaize en ik kon niet anders dan te fantaseren hoe het zou zijn als je hier twee Zuid-Afrikanen zou droppen. Laat ik uitleggen aan de hand van een gesprek tussen Comalo en Ngi. Eén van hen heeft net de Delhaize bezocht en vertelt dat aan de andere.
Zo’n gesprek gaat in mijn mijn hoofd ongeveer als volgt:
‘Sawbona’
‘Sawbona. Kunjani’
‘Ngiaphila. Kunjani’
‘Ngiaphila’* Vertaalmodus *
‘Zeg, ik ben in België naar de Delhaize geweest.’
‘Ah zo. ‘‘Dat is zoiets als een Pick and pay, maar dan vreemder.’
‘Wat bedoel je daar mee?’‘Wel. Om een voorbeeld te geven: ik kom daar aan de ingang en ik loop naar de winkelkarretjes. Ik trek er aan, maar ze hangen allemaal vast. En weet je wat? Blijkt dat je er een euro moet insteken voordat je een karretje mee krijgt.’
‘Een euro? Waarom?’
‘Geen idee.’
‘Is dat misschien omdat Belgen elkaar niet vertrouwen?’
‘Ik zou het echt niet weten, maar ik heb er een euro ingestoken en toen kon ik het pas meenemen.’
‘Bizar.’‘En dan ging ik binnen. Op zoek naar grote zakken rijst. Maar weet je wat?’
‘Nee’
‘Ze verkopen daar alles enkel in van die kleine kartonnen pakjes van Uncle Benz. Rijst per 750 gram.’
‘Idioot. Dat is kei onpraktisch.’
‘En dan doe ik zo’n pak open en weet je wat?’
‘Wat?’
‘Dan zitten er in die kartonnen verpakking van Uncle Benz NOG eens kleinere plastic verpakkingen met rijst. Moet ik eerst al die zakjes kapot snijden voordat ik…’
‘Tsss. Die mannen zijn duidelijk nog niet bezig met het milieu.’‘Ik weet het. En dan loop ik met mijn boodschappen naar de kassa en daar moet ik dan kiezen tussen vier verschillende kassa’s.’
‘Dat is niet veel.’
‘Nee nee, ik bedoel niet vier verschillende kassa’s. Ik bedoel vier verschillende soorten kassa’s: selfscanning, quickscan, snelkassa en gewone kassa. Ik bedoel maar.’
‘Haha.’
‘Ik ben de quickscan proberen binnen te lopen, maar ik kreeg mijn karretje niet voorbij die metalen palen’
‘Een kassa waar je niet eens je karretje langs krijgt. Dat zouden ze toch anders moeten bouwen dan.’‘Zwijg me er van. Wie dat ontwikkeld heeft, dacht toch niet goed na. Ik ben dan uiteindelijk maar naar de gewone kassa gegaan.’
‘En?’
‘Ik zeg tegen de kassierster ‘hallo, hoe gaat het met u?’ en weet je wat ze antwoord?’
‘Nee’
‘”Heeft u een klantenkaart meneer?” ‘
‘Och’
‘Ik heb haar wel net gevraagd hoe het met haar ging en ze negeert me gewoon! Serieus: ‘Heeft u een klantenkaart?”
‘Haibo…’‘En dan begint ze de boodschappen te scannen zonder me aan te kijken. Niet glimlachen, niets. En al mijn boodschappen blijven gewoon op het einde van de band staan. Als alles is gescand en betaald, kijkt de kassierster me aan. “Pakt u uw gerief mee meneer?” Ik moest blijkbaar verdorie zelf mijn boodschappen in de zakjes laden!’
‘Allez, dat is ook geen service. Je moest dat zelf doen?’
‘Ja, en nog straffer: er waren nergens zakjes beschikbaar. Hoe moet ik ze er dan zelf inladen? Toen ik een zakje vroeg, keek ze me aan met een blik alsof ik er zelf had moeten meenemen.’
‘Straf.’
‘En dan kreeg ik uiteindelijk één zakje. Eén.’
‘Eén zakje? Hoe doe je dat dan met een bus shampoo?’
‘Die gaat in dat zakje’
‘En het fruit dan?’
‘Ook in hetzelfde zakje!’
‘Allemaal in hetzelfde zakje?’
‘Ja!’‘Daarna liep ik naar buiten, laadde mijn boodschappen in de auto en er was niemand die mijn karretje kwam halen! Ah ja, ik had daar die stomme euro ingestoken en nu moest ik helemaal terug om die kar terug te brengen om mijn euro terug te krijgen.’
‘Dus er staat daar niemand op de parking karretjes te verzamelen?’
‘Nee!’
‘Dus ze laten liever 200 mensen per dag heen en weer lopen met karretjes dan één persoon te betalen om die op de parking te verzamelen?’
‘Ja!’‘Ik ben blij dat het hier allemaal normaal verloopt. Wat een apenland dat België.’
‘Ja, wat een apenland.’
We zijn weer terug
We zijn weer weg
Het hangt er maar vanaf hoe je het bekijkt.
(PS: een paar zinnen over de openingsfoto hierboven: de slogan is gepikt van Standard bank, maar ik vond hem erg goed gevonden en banken pikken zelf al zoveel. David en Simone waren zo vriendelijk om hun 4×4 uit te lenen voor onze trip door de Drakensbergen op weg naar het ski-oord in augustus. Anders hadden we er niet geraakt. Het is trouwens dezelfde wagen en uitstap als waarmee Marianne haar aanvaring met de politie had. De foto is getrokken op een 4x4track op een hoogplateau in de Drakensbergen in de buurt van Rhodes. Merk de sneeuw op achter Marianne.)
Leave a Reply